Het is iets wat men blijkbaar doet in tijden van oorlog: stelling nemen, kiezen aan welke kant we staan en vervolgens verzetten tegen de vijand door ons vol overgaven in het slagveld te storten. Vele soldaten zagen door precies deze toestand de dood. Wanneer we echter tegen deze manier van strijd willen verzetten omdat we het nut en de noodzaak er niet van inzien, moeten we van goede huizen komen. We worden dan al snel verdoemd tot zonderling en zondig verklaart en dat is natuurlijk niet iets wat we over onszelf willen afroepen. Vanwege precies die angst voor straf en buitensluiting vanwege het verzet, kon het gebeuren dat (kerk)leiders eeuwenlang de mensen in het gareel hielden. Er werd schuld aangewakkerd en zo vonden er dingen plaats die het daglicht niet kon verdragen. Allemaal onder het mom van naastenliefde in combinatie met de boodschap van hel en verdoemenis …
De boodschap van naastenliefde: ‘heb u naasten lief als uzelf’, is een oude boodschap die de wereld in werd gezet, mogelijk vanuit de overtuiging het egoïsme uit te bannen. Helaas bleek deze boodschap gericht aan dovemans oren want er worden iedere dag nog veel mensen aan de kant gezet. Geen enkele overheid of religie is in staat gebleken met deze grootse boodschap over sociale zorgzaamheid de armoede uit te bannen.
Aan de boodschap van naastenliefde kleeft overigens nog een diepere boodschap: Afhankelijk van wat je kiest worden we goed of slecht bevonden. We zijn ofwel een brave Hendrik of een egoïst. De gulden middenweg is er simpelweg niet. Dat betekent dat naastenliefde volgens velen meer inhoudt dan dienstbaar opstellen, zorgzaamheid tonen en inlevingsvermogen alleen. We moeten blijkbaar nog een stap verder gaan, bereid zijn om ver gaande concessies te doen en in het diepe te springen. Of zoals ik in het begin schreef: het gaat in tijden van nood om de totale overgave, het gaat om opoffering want alleen dan ben je in sociaal opzicht echt goed bezig is de gedachte. Het is precies deze religieuze boodschap van overgave die je momenteel weer veel hoort: “Je doet het niet voor jezelf maar voor een ander.” – Voorzichtig waag ik mij nu met de volgende vraag op glad ijs, met het risico verdoemd te worden en tot zonderling te worden verklaard- de vraag die ik hier zou willen stellen is: klopt dit wel?
Wanneer we niet oppassen, lopen we het risico in een slagveld te belanden zoals die soldaten tijdens een ouderwetse loopgravenoorlog. Wanneer we onze waakzaamheid verliezen lopen we de kans dat ons zomaar iets op de mouw wordt gespeld of dat we onder druk worden gezet (meestal aangezwengeld door autoriteiten of onze meerderen en opgepikt door onze naasten) om onszelf ten gunste van het grote goed over te geven.
De geschiedenis leert dat vele mensen zich de kritiek persoonlijk hebben aangetrokken: “als je jezelf op de eerste plaats zet toon je geen naastenliefde en dan ben je dus slecht (egoïstisch).” Mogelijk kwam dit voor een deel door schuldgevoel en voor een ander deel door angst voor autoriteiten (& hel en verdoemenis). Velen hebben zich in het heden en verleden om die reden uit sociaal oogpunt weggecijferd, ook al was de handelswijze ondraaglijk en beangstigend (denk hierbij weer even aan die soldaten op het slagveld die hun leven gaven voor hun volk en vaderland). Velen hebben zich lijdzaam neergelegd bij hun lot. Christenen zouden waarschijnlijk zeggen: zij droegen hun kruis. Hierbij nog enkele ‘onschuldige’ voorbeelden:
Nog maar kortgeleden was het normaal dat vrouwen zich schikten in hun lot en taak als moeder, huisvrouw, hulpvaardige, zorgende en toegewijde echtgenoten. Zij dienden hun vaders en mannen uit naastenliefde. Door hen op de eerste plaats te zetten voldeden zij aan het ‘juiste’. Het was het sociale offer van naastenliefde dat zij moesten brengen.
De man bezat daarentegen meer autoriteit en kon zichzelf binnen het huwelijk als sturende kracht op de eerste plaats zetten, om daarmee op zijn beurt het maatschappelijke en economische belang te kunnen dienen. Dit was het kruis dat hij moest dragen.
Het gewone volk moest zichzelf ten opzichte van de adel op de tweede plaats zetten. Men moest voor hen letterlijk en figuurlijk door het stof en aan de arbeid, want de adel bezat het betere bloed en de autoriteit, het aanzien, de kennis, de wijsheid en het geld. Dat was het offer dat het volk moest nemen.
De adel waren op hun beurt weer verantwoording schuldig aan de kerkelijk leiders die weer verantwoording aflegden aan God. Op hun schouders rustte de zware taak van de verantwoordelijkheid. En ook zij deden het uiteraard allemaal voor de ander…
Astrologisch kunnen we deze levensinstelling, waarbij we onszelf geweld aandoen en onnodig leed veroorzaken plaatsen bij het Vissentijdperk die nu (en niets ten nadele van het teken vissen, maar ik zou haast zeggen,: gelukkig) ten einde loopt. Het teken Vissen heeft namelijk te maken met zaken als opofferen, loslaten, flexibel meebewegen (denk maar aan de beweging van een school vissen in de oceaan), in elkaar opgaan, compassie tonen, niet nadenken maar instemmen en overgeven, ronddobberen en meegaan met de ‘flow’, enzovoorts.
Tijden veranderen en er valt iets opmerkelijks te bespeuren: de boodschap van de opoffering wordt niet meer zomaar door iedereen gedragen. De houdbaarheidsdatum van totale overgave lijkt te zijn overschreden. En omdat niet iedereen meer meedoet, werkt deze oude constructie niet meer. Ieder individu draagt het totaal in zich en het denken in zogenaamde piramidestructuren past ons plotseling niet meer. De slogan die past bij het tijdperk Waterman: Vrijheid, Gelijkheid en broederschap, zou misschien beter aansluiten met betrekking tot de concrete uitvoering en het bereiken van naastenliefde. Want waar we altijd dachten dat we de liefde diende door het allemaal te doen voor een ander, ondermijnden wij juist de liefde en hielden wij het lijden in stand. Langzaam lijkt deze waarheid tot ons door te dringen.
Ons schuldgevoel en het vasthouden aan schuld en verdoemenis blijkt een prijs te hebben. Er vindt een transformatie plaats en dat gaat uiteraard niet zonder slag en stoot. Ik voorzie echter dat de rollen hoe dan ook zullen worden omgedraaid. Posities moeten worden opgeheven en dat zal even wennen zijn.
De eerste barsten hiervan werden overigens al in de 18e eeuw zichtbaar. Sinds de ontdekking van Uranus in 1781 werd het dwarsliggen en het thema zelfbevrijding en het streven naar persoonlijke vrijheid geïntroduceerd. Langzamerhand kwam er steeds meer weerstand. Binnen niet al te lange tijd verschuift Pluto naar het teken Waterman en verwacht ik dat deze trend van verzet en vernieuwing nog wel even zal doorzetten. Daarnaast loopt ook het Vissentijdperk langzamerhand ten einde.
We bewijzen onszelf en de ander een dienst door dienstbaarheid te tonen en dit keer niet aan hij die in de hemelen zijt maar aan zij die in en op onze aarde leeft en leven. En door de aarde met behulp van onze eigen mentale, fysieke en emotionele gezondheid en persoonlijke vindingrijkheid, op de eerste plaats te zetten, doen we het zowaar voor de aarde, voor onszelf en tegelijk voor de ander! Een typisch gevalletje van een win win situatie! Wie kan daar nou op tegen zijn?